Voor een ieder die wel eens last heeft van een rot gevoel en daar graag vanaf wilt. Denk aan de zenuwen vlak voor een presentatie of sollicitatiegesprek of misschien hem je net slecht nieuws gehad en voel je je down en dat is niet handig want…….je dochtertje is jarig en geeft een feestje!
Hieronder beschrijf ik een oefening die jou traint om in de toekomst snel je gemoedstoestand aan te kunnen passen. Oefening baart kunst, herhaling, herhaling en herhaling!
In het voorbeeld maak ik gebruik van een onzeker persoon die zich graag meer zelfverzekerd zou willen voelen.
1. Denk aan jezelf in een situatie waarin je weinig zelfvertrouwen hebt. Je kunt bijvoorbeeld je ogen sluiten en teruggaan naar een moment waarin je je rot, klein en onzeker voelde, of je creeert gewoon een moment in gedachten.
2. beschrijf wanneer je aan deze situatie of aan dit moment denkt hoe de fysiologie eruit ziet (houding, ademhaling, gezichtsuitdrukking, toon van stemgeluid etc.)
3. Beschrijf vervolgens welke interne beelden je hebt tijdens dit vervelende moment, waar ligt de focus, waar richt jij je op wanneer je ergens bent, of wanneer je in een bepaalde situatie zit?
4. Beschrijf vervolgens welk taalgebruik je gebruikt als je in deze vervelende situatie zit. Welke woorden gebruik je? Welke zinnen zeg je tegen jezelf (intern dialoog, stemmetje in je hoofd).
Wanneer je bovenstaande compleet hebt uitgewerkt stop je. Neem het door, wat valt op? Wat zegt dit over jou?Vervolgens laat je al je bevindingen op je inwerken.
1. denk aan jezelf als een zelfverzekerd persoon, je kunt bijvoorbeeld je ogen sluiten en teruggaan naar een moment waarin je vol zelfvertrouwen zat, of je creeert gewoon een moment in gedachten.
2. beschrijf wanneer je aan je zelfverzekerde ik denkt hoe de fysiologie eruit ziet (houding, ademhaling, gezichtsuitdrukking, toon van stemgeluid etc.)
3. Beschrijf vervolgens welke interne beelden een jouw zelfverzekerde versie heeft, waar ligt de focus, waar richt jij je op wanneer je ergens bent, of wanneer je in een bepaalde situatie zit?
4. Beschrijf vervolgens welk taalgebruik je gebruikt als je zelfverzekerde ik. Welke woorden gebruik je? Welke zinnen zeg je tegen jezelf (intern dialoog, stemmetje in je hoofd).
Wanneer je bovenstaande compleet hebt uitgewerkt stop je. Neem het door, wat valt op? Wat zegt dit over jou?Vervolgens laat je al je bevindingen op je inwerken.
Ik hoor graag van je wat je bevindingen zijn. Mocht je meer uitleg nodig hebben dan ontvang ik graag je emailadres, dan kan ik je nog wat toesturen.
Succes en veel plezier!